Menu Sluiten

Martenastate, Stinzenflora, 30 april 2024, week 13

Ik val maar gelijk met de deur in huis: ik heb u blij gemaakt met een dooie mus. In een van de eerdere verslagen meldde ik dat het mooi zou zijn af te sluiten met een foto van de dichtersnarcis (dit is het laatste verslag). De dichtersnarcis is een van de laatst bloeiende narcissen met een helder witte kelk, een klein geel trompetje met een oranje rand. Hieraan heeft deze bloem het synoniem “fazantenoog” te danken. Helaas, de dichtersnarcis in het park komt dit jaar niet in bloei. Reden: staat te donker. De plant doet het goed op een vochtige, lemige of kleiige bodem, op een zonnige plek. En dat laatste, daar ontbreekt het aan. Met gevolg dat de bollen zijn opgegraven en herplaatst in 3 van de vier kleine tuintjes links van de ingang naar het bos. Volgend jaar beter!

We zitten in de laatste weken van de stinzenplanten, maar gelukkig blijft er genoeg over om van te genieten. Als eerste natuurlijk Haarlems klokkenspel, gevolgd door adderwortel en daslook. De laatste kan in zijn ideale omgeving sterk woekeren, reden waarom een van de plekken tot een beperkt aantal meters is teruggebracht.

Daslook

Ook fluitenkruid, vergeet-mij-nietjes en paardenbloemen zorgen voor kleur in het park. Naast kleur, zorgt de paardenbloem in deze periode voor een stuifmeel- en nectarfeest voor heel wat insecten. Verschillende dagvlinders, waaronder de atalanta, kleine vos, citroenvlinder en dagpauwoog genieten van deze plant.
De blaadjes van de paardenbloem kunnen worden gegeten en de smaak doet denken aan rucola. De bloem zelf is ook te eten, rauw, gepaneerd of gefrituurd. De bloem doet het altijd goed in een salade.

Fluitenkruid, vergeet-mij-nietjes en paardenbloem

Kijken we verder in het park, dan komen we bij de Tûnmanswente. Daar staat de appelboom in bloei. De bloei van de appelboom is altijd later dan de peer, meestal eind april én er is ook verschil in kleur van de bloei. De peer heeft volledig witte bloemen en bij de appel zie je een roze buitenzijde en een witte, soms ook roze binnenzijde.

Appel bij de Tûnmanswente

Wanneer we het park uitwandelen via de Swarte Singel, dan komen we bij het wandelpad naar de camping. Het laat nog even op zich wachten, meestal eind mei, begin juni, maar dan bloeit aan beide zijden van het pad de kleine ratelaar. De naam ratelaar slaat op het rammelen van de zaaddozen in de wind. De plant bloeit met gele bloemen en wilde bijen en hommels zijn er dol op. De plant is giftig dus niet eten!

Wandelpad richting camping
Zoals aangegeven is dit de laatste aflevering. Volgend jaar weer een nieuw stinzenplantenjournaal.
Anneke Kuiper
Geplaatst in Stinzenflora
Martenastate